September spinnenmaand
Arachnofobie
Molenaars heb je in allerlei soorten en maten, mét en zonder angsten. Ik val in de eerste categorie. Nee, ik heb geen hoogtevrees. Nee, ik ben ook niet bang voor muizen. De enige wezens die me de stuipen op het lijf jagen zijn spinnen. Ja, ik ben een mio met arachnofobie. “Als je niet van spinnen houdt, maak dan kieren en gaten dicht en zorg voor zo min mogelijk vliegen in huis.” aldus meteoroloog Yannick Damen in een video op weeronline.nl. Ik bezocht de site om het weerbericht te checken, maar stuitte op een artikel over ‘september spinnenmaand’.
“Kom op, Shar! Die twee lesdagen deze maand overleef je wel.” zei ik hardop tegen mezelf. Niet lang daarna schoot me te binnen dat ik me ook had opgegeven voor Schermer Maaldag en Open Monumentendag. Help!
Doorgaans kan ik aardig met de angst overweg. Beter gezegd: ik zit in de vluchtmodus. Donkere plekken en schuren vermijd ik zo goed als mogelijk en mijn woning is vrijwel hermetisch afgesloten. Maar wat hebben deze achtogige monsters en ik met elkaar gemeen? We houden allebei van molens. Het verschil: zij wonen er al en ik nog niet. En in september spannen en spinnen ze allemaal samen om het me even ragfijn in te wrijven. Of overdrijf ik?
Buitenaardse wezens
“Sharon, je overdrijft. Die spin is banger voor jou dan jij voor hem!” Mijn hart bonkte zo luid, dat ik de stem van mijn instructeur vaag in de verte hoorde. Met suède handschoenen aan hield ik stevig het voorlijk vast. Óf die spin dood óf ik dood, dacht ik. Ik stond tenslotte ongezekerd in die wiek. Nauwlettend hield ik het beest in de gaten, terwijl ik de vestelingen om de kikkers legde. Het duurde niet lang of nummer 2 kroop over het zeil.
September is paartijd en dan gaan de mannetjes achter de vrouwtjes aan, las ik ergens. Ik slaakte een gil en schoot beide buitenaardse wezens weg met mijn vingertoppen. Opgelucht liet ik me zakken tot de onderste heklat. Nog drie enden te gaan. Mijn leermeester schudde lachend zijn hoofd en ging verder met grasmaaien. De eerste lesdag van september begon goed.
Elk nadeel heb z'n voordeel
Open Monumentendag brak aan. Nadeel: er was geen wind. Een wijs voetballer zei ooit eens dat elk nadeel zijn voordeel ‘heb’. Hoewel ik het vreselijk jammer vond dat de molen op zo’n mooie dag niet draaide, was ik stiekem blij dat ik niet hoefde op te zeilen. Dat scheelde weer wat gênante vertoningen en plein public.
Spinnen en muizen
In plaats daarvan kon ik kinderen voorlezen uit De molenmuis (Tjibbe Veldkamp, 2008).
De minispeculaasmolentjes die ik had meegenomen gingen erin als koek.
“Wie heeft er muizen thuis?” vroeg ik gekscherend.
“Nou, wij gelukkig niet. Mijn moeder is er bang voor.” Een mama knikte.
“Ben jij bang voor muizen?” vroeg een jongetje. De speculaaskruimels vlogen uit zijn mond.
“Nee. Wel voor spinnen.”
“Oh, ik zag er net een paar helemaal boven.” riep een ander jongetje. “Er waren ook veel vliegen bij het raam.”
Nog een voordeel: omdat de molen niet draaide, mochten bezoekers in de kap komen. Ik slikte. Die dag was ik al minstens tien keer op de kapzolder geweest.
“Sharon, wil je zo weer rondleiden of blijf je liever voorlezen?” vroeg de molengids. Het antwoord laat zich raden. Het verhaal van De molenmuis kan ik inmiddels dromen.
Is het al oktober?
Sharon leest voor aan kinderen bij molen.
Foto's Jesje Veling Photography & eigen
Tekst Sharon Engers
Volg Sharon en haar belevenissen als mio
Word Molenvriend
Nederland zonder molens is ondenkbaar. Maar om deze monumentale iconen te laten draaien en malen is geld en aandacht nodig.