De Omgevingswet stimuleert vroegtijdige participatie bij een project of activiteit. Daarmee kunnen op tijd belangen, meningen en creativiteit van alle belanghebbenden op tafel komen. Belanghebbenden zijn bewoners, vertegenwoordigers van bedrijven, professionals van maatschappelijke organisaties en bestuurders van overheden.
De wet schrijft niet voor wat wordt verstaan onder participatie, noch in welke vorm participatie moet worden uitgevoerd. Ook het moment waarop de participatie start, verschilt per situatie.
Dien dan een zienswijze in op een ontwerpbesluit. Uiteraard is daarna ook bezwaar indienen mogelijk. Overheden moeten aan participatie doen als zij een plan (bijvoorbeeld een omgevingsplan) of een visie maken. Particuliere initiatiefnemers moeten bij een aanvraag voor een omgevingsvergunning aangeven of ze aan participatie hebben gedaan en , zo ja, hoe aan participatie is gedaan en wat de resultaten zijn.
Een moleneigenaar die een omgevingsvergunning aanvraagt, bijvoorbeeld bij een grote restauratie, moet ook aan participatie doen. Zie participatie als een kans om draagvlak voor uw molen te creëren bij de omwonenden in de omgeving van de molen.
Zorg ervoor dat jij als moleneigenaar of molenaar betrokken bent geweest bij de participatie over het plan in het voortraject. Heeft participatie niet of niet goed plaatsgevonden en worden de belangen van de molen (de vrije windvang en/of het functioneren) van de molen aangetast, dan kun je zienswijzen indienen.
Voorbeeldbrief bezwaar op omgevingsvergunning
Zorg er altijd voor dat je zo vroeg mogelijk reageert, dus reageer al op de omgevingsvisie en het omgevingsplan. Met de omgevingsvergunning vindt namelijk de concrete toetsing van een bouwplan plaats aan die plannen. Is de bescherming in het plan onvoldoende, dan heeft bezwaar maken tegen de vergunning minder of geen zin.
Heb je hulp nodig bij zienswijzen, bezwaar en/of beroep? Benader de provinciale molenconsulent of -organisatie of De Hollandsche Molen.
De gemeente moet aan participatie doen bij het opstellen van een bestemmingsplan of omgevingsplan. Erfgoedorganisaties, waaronder molenorganisaties, moeten worden betrokken bij deze participatie. Heeft de participatie niet of niet goed plaatsgevonden of worden de belangen van de molen of de omgeving van de molen onvoldoende beschermd in het bestemmingsplan of het omgevingsplan, dan kun je zienswijzen indienen.
Voorbeeldbrief zienswijzen tegen (voor)ontwerp bestemmingsplan of omgevingsplan
Heb je hulp nodig bij zienswijzen, bezwaar en/of beroep? Benader de provinciale molenconsulent of -organisatie of De Hollandsche Molen.
De meeste overheidsorganisaties, zoals gemeente en provincie, hebben een onafhankelijke bezwaar- en beroepscommissie. Na het indienen van bezwaar of zienswijzen kan zo’n commissie een hoorzitting houden. De commissie vraagt jou – en eventueel andere betrokkenen – om een mondelinge toelichting. Dit heet ‘horen’.
Je kunt je op de hoorzitting voorbereiden door onder andere de stukken bij de zaak en het bezwaarschrift in te zien. Deze liggen minimaal één week van tevoren ter inzage, meestal bij de betrokken organisatie.
Je kunt je tijdens de hoorzitting laten bijstaan, door bijvoorbeeld een familielid of kennis, een deskundige of advocaat. Je kunt jezelf ook laten vertegenwoordigen. In dat geval doet iemand anders het woord voor jou en hoef je niet zelf aanwezig te zijn. Zorg dan wel dat de vertegenwoordigende persoon een schriftelijke machtiging heeft die je hebt ondertekend.
Tijdens de bezwaarschriftprocedure mag de genomen beslissing al uitgevoerd worden. Soms heeft die beslissing intussen onherstelbare gevolgen, zoals het kappen van een boom of het slopen van bebouwing. Om dit te voorkomen, kun je de rechter vragen om een voorlopige voorziening (maatregel) te treffen. Dit is een speciale regeling zolang het bezwaarschrift nog in behandeling is, bijvoorbeeld het uitstellen van het kappen totdat er een beslissing op het bezwaar genomen is. Aan deze procedure zijn kosten verbonden. Ook de ‘tegenpartij’ kan een dergelijk verzoek indienen, bijvoorbeeld als de gemeente besloten heeft bomen te kappen om de biotoop van jouw molen te verbeteren.
Heeft de gemeente jouw bezwaar of zienswijze afgewezen en ben je het daar niet mee eens? Teken dan beroep aan bij de rechtbank of de Raad van State.
Beroep en hoger beroep
Als je het niet eens bent met een beslissing van een gemeente, een provincie, een waterschap of de Rijksoverheid kun je in beroep gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het gaat dan bijvoorbeeld om geschillen op het gebied van milieu of de ruimtelijke ordening. In een geschil over andere beslissingen (zoals omgevingsvergunningen, subsidies, asiel- en verblijfsvergunningen) moet je eerst in beroep bij rechtbank. Na een uitspraak van de rechtbank kunt u of het bestuursorgaan nog in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak.
Waar kan ik in (hoger) beroep gaan?
Onderaan het besluit van een bestuursorgaan (bijvoorbeeld het college van burgemeester en wethouders van een gemeente, het college van gedeputeerde staten van een provincie of een minister of staatssecretaris) staat vermeld óf en waar je beroep tegen dat besluit kunt instellen. Onderaan de uitspraak van de rechtbank staat vermeld óf en waar je hoger beroep tegen die uitspraak kunt instellen.
Meer weten over (hoger) beroep? Kijk op raadvanstate.nl, schakel een advocaat in, roep de hulp in van jouw provinciale molenorganisatie of molenconsulent of neem contact op met De Hollandsche Molen.
Om een zienswijze of bezwaar in te dienen, wordt vereist dat de indiener ontvankelijk is. Hiervoor gelden vijf eisen. Samengevat:
- Het bezwaar- of beroepsschrift wordt ondertekend en bevat: de naam en adres van de indiener, dagtekening, omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar of beroep is gericht en de gronden van het bezwaar of beroep.
- Het schrift is op de juiste wijze aan het bestuursorgaan verzonden is. Dit staat meestal in de bekendmaking.
- Het schrift wordt binnen de gestelde termijnen wordt verzonden. Je kunt tijd winnen door eerste een pro forma schrift indienen en te verzoeken om extra tijd om aanvullende inhoudelijke gronden aan te vullen.
- De indiener moet belanghebbende zijn. Dat ben je bijvoorbeeld als, lid van de eigendomsstichting én tekenbevoegd, een molen-exploitant bent met een huurcontract/gebruiksovereenkomst of vrijwillige molenaar met een vrijwilligers contract op een molen in gemeentelijk eigendom.
- De relativiteitsvereiste: iemand of een organisatie kan alleen een beroep kan doen op rechtsgronden die bedoeld zijn om hun belang te behartigen. Een vrijwillige molenaar zonder medewerking van een de eigenaar kan zich niet beroepen op de rechtsgrond van de molenbiotoop, omdat het dan gaat om een afgeleid belang.
Eisen aan de ontvankelijkheid van zienswijzen, bezwaar en beroep
In sommige gevallen is de molenaar wel degelijk belanghebbende. Als vrijwillig molenaar op een molen, waarvan de gemeente eigenaar is, ben je wél ontvankelijk en belanghebbend als je aan de indieningsvereisten voldoet, binnen de termijnen bezwaar en/of beroep instelt én een vrijwilligers contract kan overleggen waarin een bepaling staat dat het doen draaien van de molen één van de taken is.
De rechtspositie van de molenaar bij aantasting van de molenbiotoop
Word Molenvriend
Nederland zonder molens is ondenkbaar. Maar om deze monumentale iconen te laten draaien en malen is geld en aandacht nodig.