Over Weltevreden
Al sinds 1588 staat in Domburg een molen; van circa 1596 tot 1604 was er ook een papiermolen aanwezig.
De voorganger van de huidige molen was een standerdmolen uit 1620. Het bovenwiel, met daarin uit gehakt het jaartal '1650', heeft zeer brede plooistukken en moet uit die molen afkomstig zijn (met daarbij de vraag waarom een molen uit 1620 in 1650 alweer een nieuw bovenwiel nodig had. Komt het wiel toch van elders of had de voorganger een wiel uit een oudere molen?).
Eerste molenaar van de huidige molen was Pieter van der Meule, geboren in 1792. In 1851 werd zijn zoon Adriaan eigenaar maar deze overleed al een jaar later, zodat de molen weer naar Pieter van der Meule ging.
In 1865 werd Gerrit Passenier, kleinzoon van Pieter van der Meule, eigenaar. Na zijn overlijden in 1902 werd de zaak een tijdlang gedreven door zijn weduwe Klara Passenier-Lous. Vanaf 29 mei 1908 voerde Laurens Passenier, na de dood van zijn moeder, hier zijn bedrijf.
Vanaf 1920 was Jacob Coomans, afkomstig uit Scherpenisse, hier molenaar/eigenaar. In 1963 beëindigde hij, 75 jaar oud, zijn bedrijf en had de molen toen al verkocht aan mr. C.M. van Leeuwen uit Esch (NB). Deze was van plan, de op dat moment in matige staat verkerende molen tot weekendwoning te verbouwen. Vrij snel waren dan ook een koppel maalstenen en de buil op de begane grond verwijderd.
Uiteindelijk ging dit alles hier niet door, voornamelijk vanwege hardnekkig verzet van monumenteninstanties die niet wilden dat het gehele maalwerk zou worden uitgebroken.
In 1970 kocht de toenmalige gemeente Domburg de molen voor ƒ 30.000,-- van (de inmiddels danig teleurgestelde) mr. Van Leeuwen. Drie jaar later volgde een grondige restauratie door molenmakerij Van Beek uit Rijnsaterwoude. Kap, staart en roeden werden vernieuwd, de zolders versterkt en het verdwenen tweede koppel in ere hersteld. Daarna werd er af en toe weer gedraaid, in eerste instantie door een zoon van (de inmiddels overleden) oud-molenaar Coomans.
In de loop van de jaren '90 onderging de omgeving van de molen, die intussen sterk verslechterd was, duidelijke verbetering door het drastisch kappen en snoeien van allerlei beplantingen. Feit is echter dat de bebouwing van Domburg de molen nogal heeft ingehaald.
In 2003 werd het staartwerk hersteld en deels vernieuwd; in juli 2004 nieuwe roeden plus ophekking. Begin 2006 werden vang en voering rond het bovenwiel vernieuwd; ook werd het kruiwerk grondig nagekeken en het maalwerk opnieuw afgesteld. Tot slot kreeg de molen een fraaie nieuwe baard, een creatie van molenmaker Johan Hoefkens. (Later werd die baard, toen er vanwege reparaties aan het metselwerk een steiger rond de molen stond, door vandalen gemolesteerd en moest worden hersteld).
De molen draait sinds ca. 2013 weer zeer regelmatig.
Enigszins raadselachtig is de Boddaert-bovenas: bij restauratiewerk werd, na verwijdering van de vulstukken, op het metaal in sierlijke cijfers het jaartal '1840' aangetroffen. Het lijkt echter onwaarschijnlijk dat de as uit dat jaar dateert. De bovenas doet qua vormgeving eerder denken aan wat Boddaert rond 1860/70 goot. Mario van Hoogstraten, die in 1964 het eerste Zeeuwse provinciale molenboek samenstelde, las '1865' op het aanwezige merkplaatje. Dat zou kunnen, maar helaas is het plaatje door roestvorming inmiddels nagenoeg onleesbaar geworden.
Word Molenvriend
Nederland zonder molens is ondenkbaar. Maar om deze monumentale iconen te laten draaien en malen is geld en aandacht nodig.
Meer over deze molen
Weltevreden te Domburg
Locatie
Contact
Over de molen
Luiwerk: ?