Molen van Hunnecum te Nuth

Molen van Hunnecum

Nuth, Limburg

Over Molen van Hunnecum

De molen werd in 1882 gebouwd in opdracht van Maria Ludovica Jongen uit Amstenrade, buiten gemeenschap van goederen getrouwd met de herbergier Hendrik van Soest. Voor de bouw kocht zij in 1880 een perceel bouwland 'Op den Nutherweg' van Maria Elisabeth Frijns, landbouwster in Jabeek.
In 1882 werd de molen, die op 28 januari in gebruik was genomen door een niet nader genoemde onvoorziene oorzaak vernield en herbouwd. Een vreemd verhaal (dat nader onderzoek verdient)!

De eigenaren wisselden elkaar daarna snel af. In 1887 werd dit Aloysius Josephus Cremers en na successie in 1893 Gerardus Constantinus Cremers, notaris in Sittard. In 1905 verkocht hij de molen aan Joseph Hounjet, molenaar in Eckelrade-Sint Geertruid. In 1907 werd Jan Hendrik Koolen, molenaar in Eygelshoven door koop eigenaar, in hetzelfde jaar vervolgens Hendrik Leunissen, winkelier in Nuth en tenslotte in 1908 Johann Gerhard Krings, eigenaar van de Platsmolen in Nuth.
Krings verloor een been toen hij ooit  in de kap door het aswiel werd gegrepen. De houten prothese scheen hem weinig gehinderd te hebben. Hij bleef op de windmolen malen en als het nodig was, kon hij zijn woorden met het houten been de nodige kracht bijzetten. Op de molen lagen toen een koppel Franse stenen voor het malen van tarwe en een koppel blauwe stenen, beide 16ders. Krings, reeds lang weduwnaar, overleed in 1926; zijn zoon Franz was in 1911 overleden en Johann Heinrich, gehuwd met Maria Martha Moonen, stierf in 1920.
Maria Moonen bleef toen met vijf minderjarige kinderen achter. Later hertrouwde ze met mijnwerker Jacob Hubert Wevers uit Schinveld, die zich in 1930 als molenaar op de windmolen vestigde.
De nalatenschap van Johan Gerhard Krings werd in 1926 openbaar verkocht. De watermolen met huis, schuur en stalling werd verkocht aan J.J.H. Grooten; de windmolen met erf werd voor ƒ 3000,-- verkocht aan Jacob Hubert Wevers als gemachtigde voor Maria Martha Moonen.

Dubbele moord!!
Op zondag 25 juni 1933 speelde zich bij en in de molen een drama van ongekende omvang af: Wevers werd, op weg naar huis na kerkbezoek, door J. Jansen met een mes gestoken en daarna met een revolver in de buik geschoten. Wevers' vrouw was, opgeschrikt door het lawaai, getuige hiervan. Zij probeerde de molen in te vluchten maar werd, net als haar man, neergestoken en overleed kort daarna op de maalzolder. Vervolgens probeerde de dader de molen in brand te steken maar dit mislukte: het begin van een brand kon worden geblust. Wevers bezweek twee dagen later aan zijn verwondingen.
De mogelijke oorzaak: Jansen was kort daarvoor van Nuth naar Houthem verhuisd en had zolang bij Wevers enige meubelen op mogen slaan. Kennelijk is hierover tussen beiden onenigheid ontstaan, met in dit geval een bizarre en huiveringwekkende afloop.
Jansen werd voor deze dubbele moord veroordeeld tot 15 jaar gevangenisstraf. Na het uitzitten daarvan vertrok hij naar België en werd daar... gevangenbewaarder, een functie die hij tot op zeer hoge leeftijd uit zou oefenen.

Nog in 1933 werd de molen gekocht door Dirk Zijlstra, zonder beroep, te Hoensbroek; in 1934 waren Johannes Christiaan en Mathias Laurentius Delbressine, beiden afkomstig uit Neerbeek, de kopers. Zij lieten de slechte houten buitenroede vervangen door een ijzeren exemplaar, afkomstig van de standaardmolen op Molendries in Helden van de Gebr. Verlinden. Onderin de molen stond toen al een elektrische maalstoel als hulpgemaal.
De molen werd verpacht aan Hub. van den Eertwegh, afkomstig uit Heythuysen. In 1937 verliet Van den Eertwegh deze molen en vertrok naar Elsendorp, waar hij naar ontwerp van Chr. van Bussel een nieuwe windmolen had laten bouwen. (N.B. Die molen sloeg bij de beruchte zware storm van 14 november 1940 op hol, vloog als gevolg in brand en werd niet herbouwd).
Na Van den Eertwegh vestigde eerder genoemde Mathias Laurentius Delbressine zich op de windmolen. In de oorlogsjaren 1943-1944 werd het thans nog bestaande woonhuis gebouwd. In 1948 werd hij na boedelscheiding alleeneigenaar.

Het gemaal begon in de jaren vijftig te verlopen. De maalstoel, die onderin de molen stond, was intussen vervangen door een elektrische hamermolen. De toestand van de windmolen begon slecht te worden.
In de jaren 1956-1957 volgde een restauratie door de firma. Adriaens. Deze omvatte voornamelijk gevlucht, staart en kap. De wieken werden gestroomlijnd volgens het systeem Van Bussel en voorzien van remkleppen. De molen werd geschilderd, kreeg vier nieuwe zeilen en werd weer een sieraad voor de omgeving. Soms werd er nog met het aanwezige koppel stenen gemalen. Na het overlijden van molenaar Delbressine in 1971 draaide de molen echter niet meer en raakte opnieuw in verval.

In 1993/94 volgde een grondige restauratie door de fa. Adriaens, waarbij onder meer de roeden werden vervangen (en weer voorzien van Oud-Hollands tuig). Sindsdien is de molen weer regelmatig draaiende te zien waarbij soms wordt gemalen.

Bouwjaar
1882
Functie
Molenaar
J. Delbressine / R. Schols
Telefoon
045-5241074
Aandrijving
Adres
Bergerweg 2
6361 GA Nuth
Limburg
Open op afspraak
Nee
Open voor publiek
Ja
Openingstijden
Schoolbezoek mogelijk
Nee

Word Molenvriend

Nederland zonder molens is ondenkbaar. Maar om deze monumentale iconen te laten draaien en malen is geld en aandacht nodig.

of abonneer je op onze nieuwsbrief!
 

Meer over deze molen

Molen van Hunnecum te Nuth

Locatie

Bezoekadres
Bergerweg 2
Gemeente
Beekdaelen
Plaats
Nuth
Postcode
6361 GA
Plaats (postadres)
Nuth
Provincie
Rijksdriehoek: X
189185
Rijksdriehoek: Y
324904
WGS84: N (breedtegraad)
50.91287
WGS84: E (lengtegraad)
5.87326

Contact

Eigenaar
Stichting Kasteel Wijnandsrade
E-mailadres
j.delbressine@hotmail.com
Telefoon
045-5241074

Over de molen

Inrichting
Aandrijving
Overbrengingsverhouding
1 : 5,48
Specificaties
1 koppel 16er kunststenen;
Luiwerk: ?

Registratienummers

DHM-databasenummer
1037
Rijksmonumentnummer
30936
Ten Bruggencatenummer
03931