Sterrenberg te Nijeveen

Nijeveen, Drenthe
Dese molen is oorspronkelijk in 1786 gebouwd in het Duitse Weener (Oost-Friesland) en was daar in bezit van de familie Sterrenberg. Door modernisering van het maalbedrijf werd de windaandrijving overbodig en kwam de molen in verval.
In het Drentse Nijeveen ontwikkelde men in de jaren '70 van de 20ste eeuw plannen om weer een molen te verkrijgen: sinds 1928 was dit dorp, na de sloop van de stellingmolen aldaar, molenloos. Na een bezoek aan het Duitse Weener viel de keuze op het daar voor de sloop te koop staande achtkant.
In 1976 werd te Nijeveen met de werkzaamheden begonnen, intussen brak Diek Medendorp (Zuidlaren) in Weener de molen af. Op 13 januari 1977 werd het geheel gerestaureerde achtkant en de kap op de nieuw gemetselde onderbouw geplaatst. Het molenmakerswerk werd verricht door de fa. Schakel & Schrale uit Exmorra, het metselwerk van de onderbouw was verricht door fa. Elpenhof uit De Wijk.
Z.K.H. Prins Claus stelde, in zijn functie als beschermheer van De Hollandsche Molen, op 11 augustus 1977 deze molen officieel in gebruik.
De molen is compleet voor het maalbedrijf ingericht met o.a. een buil.
Als technische bijzonderheid voor Nederlandse molens heeft deze molen naast de zelfzwichting ook zijn voor Oost-Friesland kenmerkende zelfkruiing d.m.v. een windroos op de kap behouden. Dit wil zeggen dat de kap met daarin het wiekenkruis automatisch op de wind wordt gehouden.
In 2002/2003 heeft de molen groot onderhoud gekregen aan het zelfzwichtingssysteem. Dit systeem wijkt af van wat in Nederland (en ook Duitsland) gebruikelijk is: de treklat die de kleppen met elkaar verbindt, zit aan de achter- en niet aan de voorzijde.
In het late najaar van 2021 stond men met deze molen voor een nieuwe uitdaging: de kap moest eraf, voornamelijk vanwege de voeghouten, die inmiddels te slecht waren om de constructie nog te kunnen dragen.
Op 29 juni 2022 plaatste de firma Vaags de geheel gerestaureerde kap, compleet met windroos. De nieuwe roeden volgden direct daarna. De molenaars hadden intussen in eigen beheer het kruiwerk hersteld. Ondertussen was er wél enige discussie over de kwaliteit van het houten gedeelte van de bovenas.
Op 1 oktober volgde, bij een prima wind, de officiële heringebruikname.
Nederland zonder molens is ondenkbaar. Maar om deze monumentale iconen te laten draaien en malen is geld en aandacht nodig.