Watermolen Bels te Mander

Mander, Overijssel
Deze watermolen werd omstreeks 1725 gebouwd als papiermolen. De molen en de bijgebouwen zijn opgetrokken uit zandsteen en vakwerk. Hendrik Meyer was de eerste papiermaker.
Toen de papiermakerij steeds minder opbracht, liet de weduwe Meyer na 1845 een tweede molen bouwen op de andere oever van de Mosbeek. Deze gebruikte ze voor het branden en malen van cichorei, een koffiesurrogaat dat werd gebruikt door mensen voor wie echte koffie te duur was. Men behielp zich eerst met aftreksels van eikels en gebrande rogge, maar door toevoeging van chichorei verbeterde smaak aanmerkelijk. De wortels van de chichorei-planten werden eerst in stukjes gesneden, gedroogd, gebrand en tot een bruin-zwart poeder vermalen.
In 1860 besloot haar zoon Frits de molen om te bouwen tot korenmolen. De molenkolk met stuwvijver werd in 1874 aangelegd.
In 1916 kocht Jannes Bels het gehele molencomplex en richtte het rechtergebouw in als korenmolen en verving het bovenslagrad door een turbine. In 1958 kocht de Stichting Het Overijssels Landschap het molencomplex, boerderijen en omliggende landerijen aan en liet de gebouwen grondig restaureren. De turbine maakte weer plaats voor een bovenslagrad.
Op de plaats van de oude papiermolen verrees in 1962 "Theeschenkerij Watermolen Bels".
Nederland zonder molens is ondenkbaar. Maar om deze monumentale iconen te laten draaien en malen is geld en aandacht nodig.